Onderzoek naar leven lang ontwikkelen in West-Brabant: ‘Het mkb heeft een onmisbare positie’

Andries_Boer_-_Rijnconsult_Onderwijs.jpg

Meer Actueel

UITNODIGING

Project Werkend Lerend in West-Brabant wil met leer-werktrajecten talent anders benutten

Freek van den Heuvel: ‘In de profilering moet een regio zich niet alleen naar buiten richten’

Hybride leeromgeving NXT Moerdijk helpt arbeidsmarktproblematiek in havengebied te verminderen

Rijnconsult Onderwijs deed in 2022 en 2023 in West-Brabant onderzoek naar de rol van het leven lang ontwikkelen in het regionale midden- en kleinbedrijf (mkb). Het onderzoek bracht in kaart hoe bedrijven hun medewerkers stimuleren zich te ontwikkelen en wat daar voor nodig is. Adviseur Andries Boer vertelt meer over het onderzoek en de resultaten. 

Jullie hebben onderzoek gedaan naar de rol van het West-Brabantse midden- en kleinbedrijf (mkb) op het gebied van ‘leven lang ontwikkelen’. Wat is je opgevallen aan de uitkomsten van het onderzoek?

“Aan de hand van interviews met vijfendertig West-Brabantse mkb-bedrijven hebben we onderzocht wat het mkb nodig heeft om met uitdagingen of tekorten om te gaan. Denk bijvoorbeeld aan het gebrek aan goed opgeleid personeel, technische vaardigheden en de toenemende digitalisering. Daar hoort dus ook bij- of omscholing bij. Het principe van ‘leven lang ontwikkelen’, oftewel het zorgen dat je personeel over de juiste, eigentijdse vaardigheden beschikt, zou in het mkb niet zo goed doorgedrongen of bekend zijn. Dat was de veronderstelling. Dat bleek dus helemaal niet te kloppen. Het mkb heeft juist een onmisbare positie.”

Waarom hebben jullie dit onderzoek specifiek naar het mkb gedaan?

“Omdat we zien dat in West-Brabant het mkb de grootste economische sector is. In vergelijking met andere regio’s zie je hier weinig grote bedrijven. Zoals die er in de regio Eindhoven veel meer zijn. Ook zie je dat grote bedrijven vaak al een uitgebreide HR-afdeling hebben waar middelen of mensen zijn om bij te dragen aan die ontwikkeling van medewerkers. In het mkb heeft de werkgever vaak én de pet van leidinggevende op, maar ook die van HR-adviseur of andere functies. Het leven lang ontwikkelen moet in de eerste plaats dus bij die mkb-ondernemer bekend zijn.”

Waarom was die veronderstelling er in de eerste plaats?

“De algemene opvatting is dat mkb’ers vooral bezig zijn met het dagelijks draaiende houden van hun onderneming. Tijd om te innoveren om hun personeel om te scholen zou er nauwelijks zijn. Misschien ontbreekt die tijd soms inderdaad, maar het betekent niet dat ondernemers en werkgevers niet met dit onderwerp bezig zijn. Lokale ondernemers maken zich juist relatief vaak zorgen over de toenemende problemen op de arbeidsmarkt. Het tekort aan personeel, de vergrijzing en het veranderen van benodigde vaardigheden zien zij nu al op hen afkomen. Ze weten lang niet altijd hoe ze hier iets aan moeten of kunnen doen.”

Waar leidt dit toe? Welke lessen kunnen we hier uit trekken?

“Doordat mkb-ondernemers vaak in hun eigen niche zitten, hebben ze de blik niet altijd naar buiten toe of zetten ze leven lang ontwikkelen niet in als oplossing voor de lange termijn. Dat is zonde, want zo lopen ze potentiële samenwerkingen mis. Een uitkomst van het onderzoek was bijvoorbeeld dat bedrijven baat hebben bij een lerend netwerk, waarbij samenwerkingen op het vlak van leven lang ontwikkelen tussen bedrijven onderling en het onderwijs gestimuleerd worden. Maar mkb’ers organiseren zich niet vanuit zichzelf om kennis en ervaringen uit te wisselen. Dat stukje kunnen lokale overheden juist mogelijk maken. Daarnaast ligt er een rol in de communicatie tussen bedrijven en onderwijsinstellingen. Daar vinden natuurlijk al uitwisselingen plaats, bijvoorbeeld door bijvoorbeeld samenwerking in hybride leeromgevingen, maar er is nog winst te behalen. Zeker omdat het nu nog werelden zijn die niet altijd elkaars taal spreken. Maatwerk op praktische schaal is nodig.”

Welke rol spelen jonge mensen, ‘de nieuwe generatie werknemers’, hierin?

“Over jongeren wordt vaak gezegd dat ze niet meer weten wat ‘hard werken’ is. Dat vind ik een onjuiste uitspraak. De jongeren van nu hebben een andere mentaliteit. Ze willen vooral werk doen wat hen zin geeft en werk dat bijdraagt aan hun ontwikkeling. Ze kijken verder dan geld of zekerheid. Kijk je naar het mkb, dan zijn daar juist veel bedrijven te vinden die direct dit soort maatschappelijke invloed hebben. Die bedrijven zijn interessant voor jongeren, maar je moet hen wel aan kunnen spreken en op de juiste manier benaderen. Wat is er maatschappelijk relevanter dan meebouwen aan nieuwe woonwijken? Of het aanleggen of repareren van zonnepanelen voor onze energievoorziening? Daar ligt voor mkb-bedrijven juist een mooie kans om zichzelf en hun sector te promoten.”

Op welke manieren wordt het leven lang ontwikkelen al gestimuleerd? Waar liggen kansen?

“Er wordt mogelijk terecht kritisch gekeken naar initiatieven zoals het STAP-budget. Er zal blijvend moeten worden ingezet op mogelijkheden voorwerkgevers om hun mensen op te leiden. We hebben in Noord-Brabant nog wel Brabant Leert. Dit is een goed voorbeeld van een fonds dat mkb’ers helpt om personeel bij- of om te scholen. Het is belangrijk dat dit soort platforms gestimuleerd worden en behouden blijven. De provincie of gemeenten hebben hier een taak in. Overigens betekent dat niet dat er weer een nieuw loket of verlegstructuur opgetuigd moet worden. Door met bestaande platformen te werken, de dienstverlening toegankelijk te maken en bedrijven hier beter aan te koppelen kun je die uitwisseling al op gang brengen.”

Meer informatie 

West-Brabant werkt met Talent stimuleert een leven lang ontwikkelen en behouden van talent op de arbeidsmarkt in West-Brabant. Het is een initiatief van het bestuur Regionaal Werkbedrijf en is financieel mogelijk gemaakt door Provincie Noord-Brabant.

Het hele onderzoek van Rijnconsult Onderwijs is hier in te zien en te downloaden. Op 22 september organiseert Rijnconsult Onderwijs in lijn met doelstellingen van de Agenda Beroepsonderwijs bovendien een kennissessie waarin de resultaten uit het onderzoek verder toegelicht worden. Aanmelden kan via deze website.